Blaasontsteking bij kinderen: symptomen en advies

Plast je kind vaak per dag hele kleine beetjes? En doet het plassen pijn? Dat kan een blaasontsteking zijn. Kinderen krijgen minder vaak een blaasontsteking dan volwassenen. Neem direct contact op met de huisarts als je denkt dat je kind een blaasontsteking heeft. De doktersassistent onderzoekt de plas van je kind op tekenen van een blaasontsteking. Als je kind een blaasontsteking heeft, krijgt het antibiotica voorgeschreven.

Spring snel naar:

Kind met twee wc-rollen voor zijn ogen

Wat is een blaasontsteking?

Een blaasontsteking, de naam zegt het al, is een ontsteking aan de binnenkant van de blaas. Deze ontsteking wordt veroorzaakt door bacteriën en is niet besmettelijk. Over het algemeen komt een blaasontsteking minder vaak voor bij kinderen. Neem contact op met de huisarts, als je vermoedt dat je kind een blaasontsteking. De plas van je kind wordt dan onderzocht in de huisartsenpraktijk. Als het inderdaad een blaasontsteking blijkt te zijn, krijgt je kind antibioticum voorgeschreven.

Welke klachten horen bij een blaasontsteking bij kinderen?

Plast je kind al op de wc? Dan kun je een blaasontsteking herkennen aan één of meer van de volgende klachten:

  • Je kind plast vaker dan normaal. Elke keer plast het maar een klein beetje;
  • je kind heeft pijn bij het plassen;
  • ook het gevoel dat je kind moet plassen kan pijn doen;
  • soms heeft je kind pijn in de rug of in de onderbuik;
  • de plas van je kind is troebel, soms zit er bloed in;
  • de plas ruikt vies of sterk;
  • je kind plast ineens weer in zijn of haar broek.

Als je kind nog een luier draagt, is het lastig om te zien of het een blaasontsteking heeft. Bij een baby of peuter kun je een blaasontsteking soms herkennen aan één of meer van deze klachten:

Hoe ontstaat een blaasontsteking bij kinderen?

Een blaasontsteking ontstaat door een bacterie. De bacterie komt via de plasbuis in de blaas terecht en gaat aan de binnenkant van de blaas vastzitten. Hierdoor gaat de blaas ontsteken. In de meeste gevallen komt een blaasontsteking door de bacterie die bij iedereen in de darmen en rond de anus zit. Als die bacterie van de anus naar de plasbuis gaat, veroorzaakt dat een blaasontsteking. Dit is ook de reden dat meisjes vaker een blaasontsteking krijgen dan jongens: bij meisjes ligt de uitgang van de plasbuis dichter bij de anus dan bij jongens.

Sommige kinderen hebben meer kans op een blaasontsteking. Bijvoorbeeld:

  • Als je kind weinig drinkt. Hierdoor plast het minder, wat meer kans geeft op blaasontsteking.
  • Als je kind tijdens het plassen de blaas niet helemaal leeg plast. Als er plas in de blaas blijft zitten, kunnen hier bacteriën in groeien.
  • Bij verstopping. Een darm vol poep drukt tegen de blaas, waardoor je kind de blaas niet leeg kan plassen.
  • Aangeboren problemen van de nieren of blaas. Bijvoorbeeld een te smalle plasbuis of klepjes in de plasbuis.

Onderzoek naar blaasontsteking

Denk je dat je kind een blaasontsteking heeft? Bel dan de huisarts. De huisarts vraagt je vervolgens om de plas van je kind in een schoon potje op te vangen en naar de huisartsenpraktijk te brengen voor onderzoek.

De uitslag van het onderzoek is meestal meteen bekend. Soms is dan een extra onderzoek nodig, omdat het nog onduidelijk is of je kind een blaasontsteking heeft. Dit onderzoek heet de dipslide. Hierbij gaat de plas van je kind in een buisje en kijkt de assistent na een dag hoeveel bacteriën in dit buisje groeien. Veel bacteriën? Dan heeft je kind waarschijnlijk een blaasontsteking.

Heeft je kind een blaasontsteking? Dan wordt er nog een extra onderzoek van de plas gedaan. Dit noemen we een kweek. Met dit onderzoek wordt bepaald welke bacterie de oorzaak is van de blaasontsteking.

In afwachting van de kweek, schrijft de huisarts alvast een antibioticum voor. Als de uitslag van de kweek na een week bekend is, krijg je kind na die week soms nog een andere antibiotica voorgeschreven. 

Tips voor het opvangen van de plas van je kind:
  • Bij voorkeur vang je de eerste plas in de ochtend op, daar zitten de meeste bacteriën in. Als dit niet lukt is een andere plas ook goed.
  • Draagt je kind nog een luier? Maak eerst het onderlijf van je kind schoon. Geef je kind wat te drinken. Meestal plast je kind binnen twintig minuten na het drinken. Zorg dat je kind een ontbloot bovenlijf heeft en zet een grote schone bak klaar om de plas in op te vangen. Blijf in de buurt van je kind en houd snel de bak eronder als je kind plast. De bak giet je vervolgens over in een klein schoon potje, zodat je de plas kunt vervoeren. Sluit het potje goed af en breng de plas binnen twee uur naar de huisartsenpraktijk. Lukt dat niet? Bewaar het in de koelkast en breng het binnen 24 uur.
  • Plast je kind al op de wc? Maak dan eerst de vagina of piemel van je kind schoon. Geef je kind wat te drinken. Meestal plast je kind binnen twintig minuten na het drinken. Zorg dat je een schoon potje klaar hebt staan. Het eerste beetje van de plas van je kind mag in de wc komen, vanwege de huidbacteriën die daarbij zitten. Vang de rest van de plas op in het schone potje. Sluit het potje goed af en breng de plas binnen twee uur naar de huisartsenpraktijk. Lukt dat niet? Bewaar het in de koelkast en breng het binnen 24 uur.

Tips en adviezen als je kind een blaasontsteking heeft

Heeft je kind een blaasontsteking? De volgende tips en adviezen kunnen helpen:

  • Geef je kind regelmatig iets te drinken, minimaal zeven keer per dag. Genoeg drinken is belangrijk om helemaal te herstellen.
  • Je kind hoeft niet in bed te blijven liggen.
  • Zorg dat je kind goed poept. Geef je kind genoeg vezels te eten en vertel je kind dat het meteen naar de wc moet gaan als het voelt dat het moet poepen.
  • Leer je kind om altijd van voor naar achter af te vegen na het poepen of plassen: van de vagina of piemel naar de anus toe. Dit helpt in het vervolg blaasontstekingen te voorkomen.
  • Extra warm aankleden is bij een blaasontsteking niet nodig.

Medicijnen bij een blaasontsteking

Als je kind een blaasontsteking heeft, schrijft de huisarts antibiotica voor. De antibiotica doden de bacteriën die in de blaas zitten, waardoor je kind zich sneller beter voelt. Als je kind de antibiotica gebruikt, is de kans dat de blaasontsteking voor verdere ontstekingen zorgt een stuk kleiner.

Het is belangrijk om de antibiotica helemaal op te maken, ook als de klachten al weg zijn. Dit zorgt ervoor dat de blaasontsteking niet weer terug komt. Heeft je kind veel pijn? Dan kun je het paracetamol geven. De hoeveelheid paracetamol die je mag geven is afhankelijk van de leeftijd van je kind, kijk daarom eerst even in de bijsluiter.

Wanneer contact opnemen met de huisarts bij een blaasontsteking?

Denk je dat je kind een blaasontsteking heeft? Bel dan dezelfde dag nog de huisarts.

Is de plas van je kind onderzocht en is de blaasontsteking vastgesteld? Bel dan meteen de huisarts(enpost) bij één van de volgende klachten:

  • Overgeven;
  • koorts;
  • erg ziek gevoel;
  • na twee dagen antibiotica de klachten niet minder zijn;
  • je kind opnieuw koorts krijgt nadat je kind minimaal een dag geen koorts meer had.

Wil je een afspraak maken met je huisarts? Bekijk onze dichtstbijzijnde locatie.